We gaan de vijfde week in van het project 100-100-100, honderd dagen honderd procent zonder restafval. Met Weekopdrachten worden we bij de les gehouden, we wisselen tips en handige websites uit en ik leer iedere dag iets bij. Ik dacht dat ik wel een aardige afvalscheider was. Dat klopt op zichzelf ook wel, ik houd nauwelijks nog restafval over. Evengoed is er (scheidbaar) afval genoeg, of liever gezegd, veel te veel. Het grootste probleem is niet het scheiden van het afval, maar het feit dat er zo veel afval is.
Wat er niet is…
Het is zeker zo interessant en effectief om ons daarmee bezig te houden. Afval dat er niet is, hoeft ook niet verwerkt te worden. Voor een deel hebben we dat zelf in de hand: opletten wat je koopt en vooral hoe het verpakt is. Als het kan iets kopen zonder verpakking en zelf je herbruikbare tas/zak/bak/pot of wat dan ook meenemen. Alweer een kwestie van bewustwording en bereid zijn om het anders te doen.
Veel lastiger is het om te zorgen dat de producten op een andere manier bij ons terecht komen. Niet alles per stuk verpakt, geen drie dingen er om heen als het ook met één kan, enzovoort. Dat is een lange weg. Producenten hebben daar zo hun (uiteenlopende) redenen voor, en wij vinden het met z’n allen vaak wel heel gemakkelijk.
(De op de foto afgebeelde tassen zijn van bio katoen. Meer informatie is te vinden op de website Leven zonder afval)